Intrekking en geldigheid

Actuele regelgeving

  1. 7.

    1. Een tachograafkaart kan worden ingetrokken in de gevallen genoemd in artikel 26, zevende lid, van verordening (EU) nr. 165/2014 of op verzoek van de aanvrager.
    2. Een bedrijfskaart of werkplaatskaart kan daarnaast worden ingetrokken:
      1. bij zodanig misbruik van de kaart dat een deugdelijke registratie van rij- en rusttijden in gevaar komt;
      2. indien de aanvrager niet meer kan voldoen aan de voorwaarden genoemd in artikel 2, tweede en derde lid, onder a en b.
  2. 8.

    1. Onverminderd artikel 2.4:11, eerste lid, van het Arbeidstijdenbesluit vervoer, verliest een bestuurderskaart of werkplaatskaart zijn geldigheid indien:
      1. de kaart als verloren of gestolen is gemeld aan de Minister van Infrastructuur en Milieu;
      2. de kaart vanwege een defect, beschadiging bij de plaats van afgifte is ingeleverd;
      3. drie maanden, na de datum van dagtekening van het bericht waarin de aanvrager wordt geïnformeerd dat zijn kaart gereed ligt, zijn verstreken en de kaart in die periode niet is afgehaald; of
      4. het bestuurdersattest dat of de tewerkstellingsvergunning die ten grondslag ligt aan de verlening van een bestuurderskaart op grond van artikel 3 zijn geldigheid     verliest.

    2.  De onderdelen a en b van het eerste lid zijn van overeenkomstige toepassing op de bedrijfskaart.